Passen PAS en Habitatrichtlijn bij elkaar?
De Nederlandse regering heeft op 17 oktober haar visie gegeven op de antwoorden die zouden moeten worden gegeven op de vragen die de Raad van State over het Programma Aanpak Stikstof (PAS) heeft voorgelegd aan het Europese Hof. Wat is hierin aangegeven en hoe gaat het nu verder?
In een aantal gerechtelijke procedures tegen besluiten op grond van het PAS kwam vorig jaar de vraag naar voren of het PAS wel in overeenstemming is met de Europese Habitatlijn. In mei 2017 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak hierover prejudiciële vragen voorgelegd aan het Europese Hof van Justitie. De Nederlandse regering, andere Europese lidstaten en de Europese Commissie zijn door het Hof in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op de vragen. De PAS-partners hebben samen met het verantwoordelijke ministerie van Buitenlandse Zaken schriftelijke opmerkingen ingediend.
Habitatrichtlijn
In de schriftelijke opmerkingen zet de Nederlandse regering uiteen waarom het PAS volgens haar in overeenstemming is met de Habitatrichtlijn. De richtlijn schrijft voor dat individuele projecten die schadelijk kunnen zijn voor Natura 2000-gebieden, alleen toestemming kunnen krijgen als uit de passende beoordeling blijkt dat de natuur in dat gebied niet wordt aangetast. Het PAS biedt een integrale passende beoordeling van de totale hoeveelheid stikstofdepositie. Deze geldt voor alle activiteiten die in de Nederlandse Natura 2000-gebieden kunnen leiden tot de neerslag van stikstof. Op basis van deze generieke passende beoordeling kunnen individuele projecten die stikstof veroorzaken een vergunning krijgen en wordt in sommige gevallen vrijstelling van de vergunningplicht verleend. Volgens het verweer maak het niet uit dat er geen individuele passende beoordeling is gemaakt en geen individuele toestemming is vereist zolang alle stikstofdepositie passend is beoordeeld.
Herstelmaatregelen
In de schriftelijke opmerkingen is ook weergegeven wat stikstofdepositie precies doet in de natuur. Het is niet de toename van stikstofdepositie an sich die schadelijk is voor Natura 2000-gebieden, maar het gaat vooral om gevolgen zoals de verzuring van bodem en water, en vermesting. Door herstelmaatregelen te nemen, kunnen deze negatieve gevolgen worden bestreden. Door bronmaatregelen wordt tegelijkertijd geborgd dat de stikstofdepositie overal daalt.
Vervolg
Volgende stap is de mondelinge behandeling van de zaak in Luxemburg. Wanneer dit gebeurt, is nog niet bekend. De Afdeling bestuursrechtspraak heeft het Hof van Justitie verzocht de prejudiciële vragen voor 1 juli 2018 te beantwoorden.