Programmamanager PAS koerst op stabiliteit
Maarten Kool is vanaf augustus 2016 programmamanager van het Programma Aanpak Stikstof (PAS). Hij staat daarmee aan het roer van een complex programma waarin veel tegengestelde belangen samenkomen. Als ideaal toekomstbeeld ziet hij een stabiele PAS voor zich. “Zoals een meanderende gestaag stromende rivier. Daar werken we naartoe.”
Kool heeft een flinke dosis overheidservaring op zak. Als zoon van een agrariër studeerde en promoveerde hij aan de universiteit in Wageningen. Na een paar jaren werkervaring in het bedrijfsleven werkte hij vervolgens in verschillende functies bij het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV). Tot augustus 2016 was hij werkzaam als plaatsvervangend directeur bij het ministerie van Economische Zaken. Zijn sollicitatie naar de functie van programmamanager van het PAS lag in het verlengde van zijn wens om zich meer bezig te gaan houden met grote maatschappelijke vraagstukken. “Daar gaat mijn interesse naar uit en vooral ook hoe je de betrokken partijen op één lijn kunt krijgen zodat je een maatschappelijke opgave gezamenlijk kunt oplossen.”
Onafhankelijke positie
Het PAS is vanaf 1 juli 2015 in werking getreden. In het programma werken overheden, natuurorganisaties en ondernemers samen aan ruimte voor economische ontwikkelingen, sterkere natuur en minder stikstof. Het gaat daarbij om overheden op verschillende niveaus. Kool legt uit wat de rol van de programmanager is. “In het PAS spelen landelijke en regionale afwegingen een rol. Bij het programma zijn dus zowel de ministeries Economische Zaken, Infrastructuur en Milieu en Defensie als provincies betrokken. Na de inwerkingtreding werd duidelijk dat er behoefte was aan een onafhankelijke rol. Daarom is er voor de komst van een programmamanager gekozen. Komend jaar komt er ook een provinciale programmamanager met dezelfde inbreng voor de provincies.”
Balans
De uitvoering van de PAS is inmiddels in volle gang. Gebruikers zijn overwegend positief. De werking en gebruiksvriendelijkheid van het instrumentarium AERIUS voor initiatiefnemers en de gebruikersondersteuning zijn hierin belangrijke elementen. Er zijn echter ook kritische geluiden te horen. Kool: “Het gaat bij het PAS vooral om de balans tussen economie en ecologie. Dat levert weleens spanning op. De ene keer staat de ene kant van de balans onder druk, de andere keer de andere. Het is belangrijk om goed in beeld te hebben waar er spanning zit. Op dit moment gaat er veel aandacht naar uit de ruimte voor economische ontwikkelingen die stikstof veroorzaken. Blijft die voldoende en komt die terecht waar het echt nodig is? Daarnaast speelt de juridische houdbaarheid van de PAS.”
Economie en milieu
Niet alleen het PAS zelf maar ook de invloeden van buitenaf kunnen van invloed zijn op het succes van het programma. “Denk aan de economische groei”, geeft Kool aan. “Groei kan leiden tot meer stikstofemissie van de industrie en het verkeer, maar ook tot een grotere vraag naar ruimte voor economische ontwikkelingen. Tegelijkertijd kunnen milieumaatregelen en moderne technieken weer leiden tot een afname van stikstof. De vraag is of de mechanismen die ingebouwd zijn in het PAS robuust genoeg zijn om met dit soort ontwikkelingen om te gaan.”
Bestuurlijke moed
Hoe kijkt Kool hier zelf tegenaan, heeft het PAS kans van slagen? “Het vraagt wel het nodige aan bestuurlijke moed om te blijven staan voor datgene waarop ingezet is. Ook aan de economische kant. Dat zal niet altijd makkelijk zijn maar daarin komt mijn rol om de hoek kijken. Het is niet ondenkbaar dat ik bestuurders erop aan zal spreken als er niet volgens de afspraken gehandeld wordt. Dat hoort ook bij deze onafhankelijke functie.”
Besluitvormingsstructuren
Over zijn belangrijkste missie voor de komende tijd is Kool stellig: “Zorgen voor rust en een geoliede uitvoering. Zodat we conform de plannen kunnen opereren en vergunningen kunnen afgeven waarbij een goede afweging is gemaakt tussen economie en ecologie. En dat dit niet verstoord wordt door allerlei haperingen maar dat er goede protocollen en heldere besluitvormingsstructuren voorhanden zijn. Een stabiele PAS dus. Zoals een meanderende gestaag stromende rivier. Daar is een werkplan opgesteld en daar werken we in 2017 naartoe.”