Betalingen aan het collectief en deelnemers

Lees meer
In dit deelproces staat beschreven hoe agrarische collectieven de uitgevoerde beheeractiviteiten vastleggen door het indienen van een betaalverantwoording bij RVO. Na controles rapporteert RVO vervolgens aan de provincies, stelt betaalbeschikkingen op en maakt de vergoeding voor het beheer over aan de collectieven. De collectieven betalen uiteindelijk de deelnemers.
Datum/periode | Activiteit |
---|---|
30 september | Collectieven dienen uiterlijk definitieve betaalverantwoording in |
15 november | RVO rapporteert de betaalverantwoording in PLEIO |
15 maart | RVO verstuurt de definitieve betaalbeschikking uiterlijk 10 weken na het einde van het beheerjaar naar de collectieven |
15 maart | RVO betaalt uiterlijk 15 maart aan collectieven |
Binnen 6 weken na ontvangst betaalbeschikking | Collectieven kunnen desgewenst binnen 6 weken na ontvangst van de definitieve betaalbeschikking bezwaar maken |
Het collectief dient uiterlijk 30 september de definitieve betaalverantwoording in bij RVO via de SCAN-GIS applicatie. Alleen bij op tijd inleveren kan aanspraak gemaakt worden op 100% van de subsidieaanvraag. Met het indienen van de betaalverantwoording worden de daadwerkelijk uitgevoerde beheeractiviteiten vastgelegd. Het is de definitieve verantwoording over het uitgevoerde beheer op de percelen.
Als de betaalverantwoording niet op tijd is gedaan, dan mag het collectief alsnog een betaalverantwoording indienen binnen 14 dagen na 30 september. RVO meldt dan een korting (per dag te laat en over de gehele betaalverantwoording) en berekent deze door op de betaalaanvraag.
RVO verwerkt de betaalverantwoording en rapporteert daarover naar de provincies via het online samenwerkingsplatform van de provincies ‘PLEIO’ (code 030). De uiterlijke datum voor het versturen van de rapportage staat in de prestatieovereenkomst van RVO met de provincies.
Op basis van de definitieve betaalverantwoording, resultaten van de controles ter plaatse en de administratieve controles stelt RVO een betaalbeschikking (.pdf) op. Deze betaalbeschikking archiveert RVO vervolgens in ‘Mijn Dossier’ van het collectief. Ook sturen zij de definitieve betaalbeschikking samen met een rapportage naar de betreffende provincie.
Het collectief ontvangt ook de definitieve betaalbeschikking. Als het collectief niet akkoord is met de betaalbeschikking, dan kan zij binnen 6 weken bezwaar aantekenen. Daarbij wordt de Algemene Wet Bestuursrecht gevolgd.
De definitieve betaalbeschikking wordt uiterlijk 10 weken na het einde van het beheerjaar verstuurd (met de mogelijkheid met een verdaging van 10 weken).
Uiterlijk 15 maart betaalt RVO de vergoeding over het beheer in het voorafgaande jaar uit aan het collectief, maar streeft dit te doen voor 15 februari. Voor de provincies zijn de betalingen in PLEIO te zien als de 040.
Het collectief betaalt de beheervergoeding vervolgens aan de deelnemers. Het collectief stelt hiervoor een specificatie op per deelnemer. Voor deze specificatie gebruikt het collectief o.a. het contract, de resultaten van de schouw en de specificatie(s) van RVO. Het collectief bepaalt zelf of een eventuele korting wordt doorbelast aan de deelnemers.
De provincie ontvangt van RVO de betaalbeschikking met bijbehorende rapportage en legt deze desgewenst vast in eigen systemen. De provincie zorgt dat de financiële afspraken met het waterschap worden uitgevoerd. Als het van toepassing is, dan ontvangt het waterschap een factuur en een verantwoording van middelen van de provincie.