Interbestuurlijke afspraken extern salderen

Om te voorkomen dat overheden elkaar verrassen, hebben Rijk en provincies interbestuurlijke afspraken gemaakt over voorgenomen transacties ten behoeve van extern salderen. De interbestuurlijke afspraken zijn vastgesteld in het Bestuurlijk Overleg van 8 juni 2023.

Vroegtijdig ambtelijk overleg

Een initiatiefnemende overheidspartij informeert en overlegt vroegtijdig op ambtelijk niveau met een provincie in de rol van gebiedscoördinator over voorgenomen transacties op basis van extern salderen. Het staat betrokken overheden vrij om andere (bestuurlijke) niveaus te betrekken bij de informatie en het overleg over voorgenomen transacties.

Momenten van informeren

Overheden gaan in principe uit van vier momenten van informeren/overleg. Als betrokken partijen overeenkomen dat er in een specifieke situatie minder contactmomenten nodig zijn, wordt dit per email bevestigd.

  • Zodra initiatiefnemende overheden beoogde saldogevende activiteiten in beeld hebben.
  • Zodra een initiatiefnemende overheid het voornemen heeft een transactie aan te gaan met een saldogevende activiteit.
  • Nadat een initiatiefnemende overheid de transactie heeft afgerond met een overeenkomst met de saldogever.
  • Voordat een besluit wordt gepubliceerd.

Onderwerpen onderling informeren/overleg

Inzet stikstofruimte

Het informeren/overleg heeft primair betrekking op het met de transactie beoogde doel en de afweging of stikstofruimte ingezet kan worden als mitigerende maatregel dan wel nodig is als instandhoudings- of passende maatregel. Dit overleg vindt plaats tussen de initiatiefnemer en de provincie die in de rol van gebiedscoördinator bepaalt of de betreffende stikstofruimte kan worden benut als mitigerende maatregel, dan wel nodig is als instandhoudings- of passende maatregel.

Het creëren van win-win situaties

Een initiatiefnemende overheid en de provincie in de rol van gebiedscoördinator bespreken de aanwending van eventuele restruimte en vrijkomende grond om te zien of win-win situaties mogelijk zijn.

Interbestuurlijk overleg over (tegenstrijdige) belangen van betrokken partijen

Overheden gaan met elkaar in overleg indien meerdere initiatiefnemende overheden interesse hebben in dezelfde potentiële saldogever [1], waarvan de provincie heeft bevestigd dat deze als mitigerende maatregel aangemerkt kan worden.

Afgifte en daarvoor noodzakelijke intrekking van natuurvergunningen

Overheden gaan met elkaar in overleg over de (voorgenomen) afgifte van natuurvergunningen door het ene bevoegd gezag en (het moment van) de daarvoor noodzakelijke intrekking of wijziging van natuurvergunningen door andere bevoegde overheden.

Duidelijke werkwijze voor vroegtijdig informeren en overleggen

Contactfunctionaris

Provincies en Rijkspartijen (die kunnen optreden als initiatiefnemer of bevoegd gezag: EZK, LNV, Def, IenW en BZK) stellen ieder afzonderlijk één contactfunctionaris aan voor interbestuurlijke afstemming over voorgenomen transacties op basis van extern salderen. Deze contactfunctionaris is verantwoordelijk voor zowel de interne coördinatie en juiste doorgeleiding van informatie als voor het betrekken van de juiste personen uit zijn/haar organisatie en eventuele andere partijen bij overleggen. Er is een lijst met contactfunctionarissen opgesteld. De overheden zijn zelf verantwoordelijk voor het steeds up-to-date zijn van deze lijst, door wijzigingen van contactfunctionarissen actief door te geven aan de beheerder van BIJ12. De Unie van Waterschappen (UvW) stelt een contactfunctionaris aan voor afstemming met de waterschappen. De actuele lijst van contactpersonen is voor betrokken overheden op te vragen bij BIJ12. Afstemming met gemeenten verloopt via de gemeentesecretaris.

Niveau van afstemming

De contactfunctionaris is het aanspreekpunt voor collega-overheden en is binnen de eigen organisatie verantwoordelijk voor afstemming, juiste doorgeleiding van informatie en voor het betrekken van de juiste ambte-naren en/of bestuurders bij overleggen. Afstemming tussen overheden vindt in eerste instantie plaats op ambtelijk niveau. Het is de verant¬woor-delijkheid van de contactfunctionarissen van betrokken overheden om in samenspraak met hun beider ambtelijke organisaties en eventueel ook bestuurders te beoordelen of afstemming tot op bestuurlijk niveau nodig is.

Vastlegging van afspraken

Als een initiatiefnemer per email een melding doet over het in beeld hebben van beoogde saldogevende activiteiten (afspraak 1), dient er door de contactfunctionaris van de betreffende provincie per mail een reactie te komen of deze saldogevende activiteiten als mitigerende maatregel ingezet kunnen worden, dan wel onderdeel zijn van een beëindigingsregeling of nodig zijn als instandhoudings- of passende maatregel voor het behalen van natuurdoelen. De initiatiefnemer wacht de schriftelijke reactie van de provincie over de beoordeling van de saldogevende activiteiten af, voordat er vervolgstappen worden gezet. Voor de schriftelijke reactie van de provincie geldt een termijn drie weken, gerekend vanaf de datum van de melding per e-mail door de initiatiefnemer.

Het is aan de betrokken partijen om informatie-uitwisseling en gemaakte afspraken schriftelijk vast te leggen, zodat deze achteraf verifieerbaar en traceerbaar zijn.

Escalatieprocedure

Indien betrokken partijen vastlopen in de informatievoorziening of het overleg en/of van mening zijn dat afspraken niet worden nagekomen, proberen de contactfunctionarissen dit op ambtelijk niveau op te lossen. Indien dit niet tot een voor betrokken partijen bevredigende oplossing leidt, wordt er binnen de betrokken organisaties hiërarchisch geëscaleerd, zo nodig tot op bestuurlijk niveau.

Reflectie bestuurlijke afspraken

Een jaar na het vaststellen van de interbestuurlijke afspraken wordt er gezamenlijk gereflecteerd op de werking van de spelregels in de praktijk.

Vroegtijdig onderling informeren voor externe berichtgeving

Bevoegde gezagen informeren elkaar waar mogelijk vroegtijdig en voorafgaand aan externe berichtgeving over besluiten die de vergunningverlening raken. Dit betreft bijvoorbeeld het (tijdelijk) stopzetten van de vergunningverlening, omdat verslechtering van Natura-2000 gebieden dreigt en niet aan het additionaliteitsvereiste kan worden voldaan.

Voetnoten

  1. Op basis van het FENIN-arrest (ECLI:EU:C:2006:453) zijn afstemming en afspraken tussen overheden toegestaan, mits deze afspraken en gedragingen plaatsvinden in het kader van de uitvoering van publieke taken. Van dit laatste is hier sprake: initiatiefnemende overheden gaan transacties met saldogevende activiteiten aan om hun publieke taken uit te kunnen voeren.

Achtergrond

Gemeenschappelijke doel van de interbestuurlijke afspraken

Rijk, provincies, gemeenten en waterschappen hebben interbestuurlijke afspraken gemaakt over (1) het principe dat overheden elkaar informeren en in overleg treden met elkaar over voorgenomen transacties op basis van extern salderen tot op bestuurlijk niveau, (2) de momenten waarop (3), de afbakening van de informatie-uitwisseling en het overleg en (4) de procedure hiervoor.

Zodoende kunnen betrokken overheden:

  • Op een transparante wijze een voorgenomen aankoop afwegen in het licht van het gebiedsproces, waarbij in ieder geval wordt afgewogen of er wordt voldaan aan het additionaliteisvereiste.
  • Adequaat en eenduidig optreden, ook in het geval er meerdere betrokken overheden zijn in verschillende rollen (vergunningverlenend, vergunning intrekkend, initiatief nemend, gebiedscoördinator).
  • Voorkomen dat potentiële saldogevende activiteiten door verschillende overheden worden benaderd.