Wet op Ruimtelijke Ordening
De Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO) is een raamwet. In de wet staat hoe de ruimtelijke ordening in Nederland is geregeld. In de Wet staat hoe ruimtelijke plannen tot stand komen en gewijzigd worden. De taken van de overheid en de rechten en plichten van burgers, bedrijven en instellingen zijn in de WRO omschreven. De WRO verplicht de Ministerraad om het rijksbeleid vast te leggen in plannen. De wet noemt voornamelijk structuurschetsen, structuurschema’s en nota’s. Deze plannen worden vastgesteld bij Algemene Maatregel van Bestuur. Er is dus niets vrijblijvends aan. Ze zijn net zo bindend als wetten. Met concrete beleidsbeslissingen (de planologische kernbeslissingen) moet in andere overheidsplannen rekening worden gehouden. De WRO werd op 1 juli 2008 vervangen door de nieuwe Wet Ruimtelijke Ordening (WRO). Deze voorziet in kortere en snellere procedures en is meer uitvoeringsgericht.
Instrumenten
De Nota Ruimte is de belangrijkste beleidsnota over de ruimtelijke ordening in Nederland. De provincies werken dit Rijksbeleid uit in streekplannen. De gemeente werkt het rijks- en provinciale beleid uit in omgevingsplannen. Deze plannen geven voor bos- en natuurbeheerders in feite de belangrijkste bepalingen aan van wat wel en niet mag in ruimtelijke ordening.