L01.10 Struweelrand (vervallen per 1-1-2017)
Algemene beschrijving
Struweelranden kunnen zich ontwikkelen vanuit een extensief beheerde situatie, of aangeplant worden. Afhankelijk van het beheer kunnen randen ontstaan die gedomineerd worden door ruigtekruiden, struiken of een combinatie van beide. Kenmerk van een struweelrand is dat deze zowel vrijliggend, als aansluitend aan een ander element kan liggen. Struweelranden kunnen daarmee dienen als overgangsgebied tussen agrarisch gebruikte percelen en bossen, en zijn in die vorm vooral te beschouwen als een naar voren geschoven bosrand. Met een gunstige ligging kunnen struweelranden bijdragen aan een warmer microklimaat, en zijn dan vooral van belang voor insecten, amfibieën en reptielen. Wanneer dat microklimaat ontbreekt, kunnen struweelraden vooral van belang zijn voor broedvogels en planten van een meer extensief beheer.
Afbakening
- Een struweelrand is een aaneengesloten rand met een mozaïek van struweel (bramen en/of andere inheemse bomen of struiken) en een kruidachtige begroeiing van inheemse grassen en kruiden die zich spontaan kan ontwikkelen.
- De rand is minimaal 25 meter lang en maximaal 20 meter breed.
- Maximaal 50% van de oppervlakte van de rand wordt ingenomen door inheemse bomen en/of struiken.
- De struweelrand kan langs een bosrand of een landschapselement liggen maar ook vrij in het veld, bijvoorbeeld langs een perceelsrand.
Subsidie
Subsidieverplichtingen
- Op natuurterrein: De beheerder dient het landschapselement in stand te houden. De wijze waarop hij deze instandhoudingsverplichting invult, is aan de beheerder zelf.
- Op landbouwgrond: Het beheerpakket landschap kent een aantal beheereisen die moeten worden nageleefd.
Beheereisen
- Periodiek wordt de begroeiing gemaaid en/of afgezet;
- 50% van de oppervlakte van de rand bestaande uit een kruidachtige begroeiing van inheemse grassen en kruiden mag periodiek gemaaid worden met een cyclus van maximaal éénmaal per 5 jaar. Het maaisel wordt afgevoerd;
- Snoeihout mag op stapels of rillen in het element verwerkt worden voor zover het de ondergroei en/of de stoven niet schaadt;
- Er mag geen snoeihout verbrand worden in of in de directe omgeving van het element, en als snoeihout versnipperd wordt mogen de snippers niet verwerkt worden in het element;
- Er mogen geen gewasbeschermingsmiddelen, behalve bij bestrijding van ongewenste houtsoorten (Amerikaanse vogelkers, Amerikaanse eik, Robinia en Ratelpopulier) middels een stobbenbehandeling en de pleksgewijze bestrijding van Akkerdistel, Ridderzuring en Brandnetel, en meststoffen in het element gebruikt worden.
- Slootmaaisel of bagger mag niet verwerkt worden in het element;
- Het element mag niet betreden en/of beschadigd worden door vee;
- Maaiwerkzaamheden worden uitgevoerd tussen 15 juli en 15 maart en het afzetten van struweel wordt alleen verricht in de periode tussen 1 november en 15 maart.
Beheerpakketten
L01.10.01 Struweelrand
Standaardkostprijs
De standaardkostprijsbladen gaan uit van de beheermaatregelen die gemiddeld over heel Nederland gezien nodig zijn om dit beheertype in stand te houden. Afhankelijk van regionale omstandigheden kan het noodzakelijk zijn om het beheer aan te passen voor de instandhouding van het beheertype.
Klik op de afbeelding om deze in een groter formaat te bekijken.